SPELLING
Op deze pagina vind je alle voorbeelden van spelend leren met betrekking tot het vakgebied spelling.
​
Neem ook zéker even een kijkje bij de ideeën onder het kopje 'Vak-onafhankelijk', veel spellen die je daar vindt, kun je namelijk ook inzetten voor het oefenen van spellingsdoelen.
SPELLING
Op deze pagina vind je alle voorbeelden van spelend leren met betrekking tot het vakgebied spelling.
​
Neem ook zéker even een kijkje bij de ideeën onder het kopje 'Vak-onafhankelijk', veel spellen die je daar vindt, kun je namelijk ook inzetten voor het oefenen van spellingsdoelen.
Spelend leren, waarom?
Misschien maak je al regelmatig gebruik van leerspellen of misschien moet je de kracht ervan nog ontdekken? Ikzelf ben groot voorstander van de inzet van spellen tijdens de les en terwijl er natuurlijk veel meer redenen te bedenken zijn, geef ik in dit artikel:
​
3 voordelen van het inzetten van spellen tijdens de les!
1
Leuker voor kind én leerkracht
2
Vergelijkbare óf zelfs betere resultaten
bij basisvakken
3
Bevordering
Executieve Functies
(en meer)
LEUKER VOOR KIND ÉN LEERKRACHT
De eerste reden is wellicht meteen het meest voor de hand liggend: kinderen houden van spelletjes spelen!
We kunnen het plezier in leren enorm vergroten door leeractiviteiten aan te bieden met spelletjes. Kinderen worden enthousiast van spellen, het verhoogt hun interesse & animo én spelletjes zorgen ervoor dat kinderen vol energie aan de slag gaan met de leerstof. En dat komt goed uit, want dat zijn stuk voor stuk factoren die bijdragen aan een hoge mate van betrokkenheid en motivatie (Marzano & Pickering, 2016).
Uit onderzoek is gebleken dat gemotiveerde kinderen beter presteren dan kinderen die minder gemotiveerd zijn (bron). En via dit bruggetje zijn we aangekomen bij het tweede argument:
​
VERGELIJKBARE ÓF ZELFS BETERE RESULTATEN VOOR BASISVAKKEN
Je hebt ongetwijfeld wel eens gehoord van John Hattie. John Hattie heeft zo'n beetje alle relevante onderzoeken gericht op leerprestaties vergeleken en samengebracht in zijn boek: ‘Leren zichtbaar maken'. Denk daarbij aan onderzoeken gericht op de leerprestaties van leerlingen en welke invloed leerkrachten, onderwijsprogramma’s, onderwijsstrategieën etc., daarop (kunnen) hebben. Van alle invloeden heeft hij het effect op de leerprestaties berekend. Het effect wordt weergegeven d.m.v. effectgroottes (d). Wil je een korte 'pop-up uitleg' over effectgroottes? Klik dan HIER.
Vanuit onderzoek zijn veel positieve effecten gevonden van spelend leren op de leerprestaties van kinderen. Hattie heeft in zijn meta-analyse de effecten uit 70 onderzoeken samengevoegd en komt tot de conclusie dat spellen en spel-achtige activiteiten zeer geschikt zijn voor het doelgericht oefenen van lesstof. De effectgrootte van spel op leerprestaties is d=0,50.
Als we kijken naar verschillende kenmerken waarvan sprake is tijdens het spelend leren, vinden we eveneens gewenste effectgroottes. Wat dacht je van coöperatief leren (d=0.59), peer-tutoring (d=0.55) en doelbewust oefenen (d=0.71).
​
Wauw, te gek! Maarrrrrr....
Dat zijn natuurlijk mooie effecten, maar in al die 70 onderzoeken zijn verschillende vormen van spel onderzocht en de gemeten effecten hadden betrekking op verschillende ontwikkelingen, zoals het probleemoplossend vermogen, de creativiteit of de cognitieve of affectief-sociale ontwikkeling.
Op mijn website geef ik voornamelijk voorbeelden van spellen en spel-achtige activiteiten die gericht ingezet kunnen worden voor het oefenen van specifieke leerdoelen in de hogere groepen van het basisonderwijs (vaak vanaf groep 3/4 tot en met groep 8). Om dit 'betoog' kracht bij te zetten, vind ik het daarom belangrijk om wat dieper te graven naar onderzoeken waarin spellen zijn ingezet voor het oefenen van cognitieve leerdoelen met kinderen tussen de 6 en 12 jaar.
​
Naar de effecten van spellen die gericht ingezet kunnen worden voor specifieke leerdoelen in de midden- en bovenbouw van het basisonderwijs zijn helaas nog maar relatief weinig professioneel opgezette, wetenschappelijke onderzoeken gedaan. De resultaten van de onderzoeken die ik wel heb kunnen vinden, laten over het algemeen zien dat testgroepen die spelenderwijs lesstof hebben verwerkt vergelijkbare of zelfs betere prestaties leverden dan de controlegroepen.
Ik wil dit artikel niet té zwaar maken, maar mocht je het interessant vinden, dan vind je hieronder enkele bevindingen van onderzoeken naar spelend leren.
​
Ga met je muis (pc) of vinger (telefoon) over de oranje onderzoeksvakken hieronder. Dit werkt het beste op een pc, maar zou ook moeten lukken op je telefoon.
Effectgroottes laten zien hoe krachtig een strategie/aanpak/invloed is in relatie met de leerprestaties. Hoe hoger de effectgrootte, des te meer heeft de strategie/aanpak/invloed de leerprestaties verbeterd.
-
Effectgroottes vanaf de d=0,4 worden als effectief beschouwd en zijn interessant om na te streven.
-
Invloeden die wel positief zijn, maar onder de d=0,4 komen (bijvoorbeeld d=0,23), zijn wel effectief maar zou je, indien mogelijk, kunnen vervangen door invloeden met hogere effectgroottes.
-
Effectgroottes onder de nul moet je ten alle tijden voorkomen, deze hebben een negatief effect op de leerprestaties.
Om je een beter beeld te geven, volgen hieronder enkele effectgroottes:
-
Effectieve feedback: d= 0.72
-
Directe instructie d= 0.59
-
Kleinere klassen d= 0.21
-
Leren van website d= 0.09
-
Zittenblijven: d= -0.16
EFFECTGROOTTES
(verplaats je muis over dit vak voor meer informatie)
In de bacherlorproef van Evi Syniawsky (2019) staan de resultaten beschreven van haar onderzoek naar de effecten van spelend leren op de automatiseer vaardigheden. Na 5 weken presteerde de testgroep, die spelenderwijs met de lesstof was bezig geweest, gemiddeld 13% beter dan de twee controlegroepen. Daarnaast was het tempo van de testgroep ook nog eens gemiddeld meer toegenomen dan die van de controlegroepen, namelijk 15% meer. Dat is een effectgroottes van ± d=0.28*
​
AUTOMATISEREN
(verplaats je muis over dit vak voor meer informatie)
ONDERZOEK #1
TNO heeft in 2013 onderzoek gedaan naar de effectiviteit van vijf verschillende serious games op vijf scholen. De leerlingen van de testgroepen scoorden hoger op self-efficacy, een meer zelfsturende houding, een hogere motivatie en actiever leren dan de leerlingen van de controlegroepen die op een meer traditionele, klassikale les kregen.
​
SERIOUS GAMING
(verplaats je muis over dit vak voor meer informatie)
ONDERZOEK #2
Filippo (2011) onderzocht de effecten van de spelend leren-methode: ‘Met Sprongen Vooruit’ op de automatiseervaardigheden wat betreft sommen t/m 10 van kinderen in groep 3. Uit het onderzoek is gebleken dat de kinderen van de testgroep een grotere vooruitgang laten zien dan de kinderen van de controlegroep. Het rekenplezier is eveneens aangetoond.
MET SPRONGEN VOORUIT
(verplaats je muis over dit vak voor meer informatie)
ONDERZOEK #3
BEVORDERING EXECUTIEVE FUNCTIES (en meer)
Als de hoge motivatie van de kinderen, het plezier voor jezelf (de leerkracht) én de resultaten die minstens net zo goed of hoger zijn, je nog niet (helemaal) hebben overtuigd, misschien dat dit laatste argument je dan over de streep kan halen.
Tijdens spelend leren zijn de kinderen niet alleen bezig met de leerstof, ook andere ontwikkelingsgebieden worden ontwikkeld. Zo worden sociale vaardigheden ontwikkeld en gedragsvaardigheden die vallen onder de executieve functies. Exece-wat? Klik hier voor een korte 'pop-up uitleg' over executieve functies.
​
Spelend leren versterkt de band van een groep. Kinderen leren door het spelen van spellen om inzicht te creëren in anderen. Ze leren hoe ze op een fijne manier kunnen omgaan met hun eigen en andermans gevoelens (emotieregulatie). Daarbij leren ze om te gaan met verliezen, maar ook met winnen. Er kunnen conflicten ontstaan die ze samen moeten oplossen. Daarvoor moeten de kinderen met elkaar onderhandelen en discussiëren, waarmee sprake is van taalontwikkeling en probleemoplossend denken.
Tijdens het spelen moeten de kinderen op hun beurt wachten (volgehouden aandacht) en zichzelf remmen om een antwoord niet voor te zeggen (respons inhibitie).
Als je kinderen zelf de spelregels laat lezen en interpreteren, zijn ze betekenisvol bezig met begrijpend lezen. Bij bordspellen wordt de fijne motoriek beïnvloed. Om een tegenstander te slim af te zijn moet de leerling plannen: hij/zij moet vooruitdenken en anticiperen op wat een medespeler zou kunnen doen (flexibiliteit).
Veel van bovengenoemde gedragsvaardigheden, vallen onder executieve functies en worden ingezet tijdens het spelen van spellen.
​
​
AAN DE SLAG!
Hopelijk ben je overtuigd van de meerwaarde van spelend leren!
Ikzelf merk iedere keer weer opnieuw hoeveel plezier de kinderen hebben tijdens het spelen en dat de resultaten minstens net zo goed zijn.
​
Wil je spelend leren nu (vaker) gaan toepassen? Heb je dezelfde positieve ervaring met spelend leren? Of juist niet?!
Ik zou het super vinden als je een berichtje achterlaat tussen de reacties hieronder!
​
​
Veel plezier met spelen!
... of is het nou leren?
​
​
​
*Voor het omzetten van percentuele resultaten naar effectgroottes is de omzettingstabbel gebruikt van de Ierse psycholoog Alan Carr (2000) en de Amerikaanse psychologen Kathleen McCartney en Robert Rosenthal (2000).